Seine-Schelde moet een concurrerend waterwegennetwerk zijn dat klaar is voor nieuwe technologieën om de broeikasgasemissies van de binnenvaartsector te verminderen. Overeenkomstig het Uitvoeringsbesluit Seine- Schelde van 27 juni 2019 moet er een strategisch kader worden ontwikkeld om de uitrol van infrastructuur die compatibel is met alternatieve brandstoffen op het hele Seine-Scheldenetwerk tegen december 2030 te bevorderen.
Om deze doelstelling te bereiken, heeft het EESV Seine- Schelde een werkgroep voor alternatieve brandstoffen opgericht waarin deskundigen van de aangesloten partners (DVW, VNF, SPW, SCSNE) zitting hebben. Deze werkgroep heeft als taak de voorwaarden en procedures te onderzoeken en voor te stellen die het netwerk in staat stellen op lange termijn concurrerend te blijven en ervoor te zorgen dat de alternatieve brandstoffen die momenteel worden ontwikkeld (elektrische systemen op batterijen, vloeibaar aardgas, waterstof, methanol, …) in de komende decennia door de gebruikers op de perimeter van het netwerk kunnen worden gebruikt.
Met de steun van gespecialiseerde consultants voeren de leden van de werkgroep momenteel een studie uit om een kader te definiëren voor de aanleg van infrastructuur die compatibel is met alternatieve brandstoffen op het hele Seine-Scheldenetwerk. Nadat ze eind april in Doornik (Wallonië) een inventaris van bestaande oplossingen hadden gepresenteerd, reisden ze op 3 juli naar de haven van Rotterdam (Nederland) om hun kennis van duurzame transporttechnologieën in Frankrijk en België te vergelijken met die van de grootste zeehaven van Europa (42 km lang).
’s Ochtends hadden ze de gelegenheid om te praten met vertegenwoordigers van het management van de haven van Rotterdam, die de activiteiten van de haven en haar ambitieuze beleid op het gebied van energietransitie en innovatie presenteerden.
In de middag kregen ze de gelegenheid om verschillende plaatsen in de haven te bezoeken, in het bijzonder de logistieke terminal van Alblasserdam die wordt beheerd door BCTN, de grootste binnenvaartoperator van het land, met talrijke locaties en dagelijkse stromen van en naar de havens van Rotterdam, Antwerpen en Zeebrugge.
Een van de sterke punten van de site is de technologie van het materieel: containertransfers op de site worden uitgevoerd door elektrische voertuigen met een actieradius van meer dan 24 uur. Verschillende oplaadstations zorgen voor een naadloze continuïteit van de dienstverlening.
De toepassing van een alternatief voor stookolie werd ook geobserveerd op een door waterstof aangedreven binnenschip, waarvan de containers ter plaatse werden geladen.
Tijdens deze dag konden de leden van de werkgroep een mooi voorbeeld zien van een duurzame havenfaciliteit die verbonden is met een riviernetwerk dat een groot gebied bestrijkt.